Hommels zijn grote, harige wilde bijen. Ze leven in kleine kolonies tot 300 exemplaren en zijn actief van maart tot september.
Je kan ze eenvoudig aantrekken door een hommelvriendelijke border met lavendel, salie en kogeldistel aan te leggen en door rode klaver en knoopkruid in je grasland te voorzien. In het voorjaar kan je ze dan weer vinden op smeerwortel, dovenetels of appel- of perenbomen.
Hommels zijn zeer zachtaardig en een plezier om te observeren.
Werksters en koninginnen zijn vrouwtjes en zien er vaak anders uit dan de mannetjes. Zie je een hommel met stuifmeelklompjes aan de achterpoten? Dan is het zeker een vrouwtje. Hun achterpoten zijn ook duidelijk afgeplat en glanzend.
Mannetjes en koekoekshommels verzamelen geen stuifmeel. Alleen de vrouwtjes hebben een angel. Ze zullen niet of nauwelijks aanvallen, maar kunnen bij bedreiging wel een pijnlijke prik uitdelen.
Download: zoekkaart
Er leven behoorlijk wat beestjes in je tuin: bladluizen, lieveheersbeestjes, slakken, (gal)wespen, egels, vogels, vlinders … In plaats van schadelijke indringers te lijf te gaan met verdelgers, laat je de natuur beter haar gang gaan. Richt je tuin efficiënt in en trek zo natuurlijke vijanden aan die je tuin helpen onder controle te houden.
Akkerhommel
Achterlijfspunt geelbruin
Boomhommel
WIT achterlijfspunt, BORSTSTUK BRUIN
Aardhommel
WIT achterlijfspunt, GELE BANDEN
Steenhommel
ORANJEROOD achterlijfspunt, KOP EN BORSTSTUK ZWART
Koekoekshommels zijn herkenbaar aan hun donkere vleugels. Ze zijn minder behaard dan andere hommels. Ze verzamelen nooit stuifmeel aan de achterpoten.
[bron: Aculea, de wilde bijen- en wespenwerkgroep van www.natuurpunt.be]