Koekoek

 

 

De koekoek roept zijn eigen naam, wat ongeveer klinkt als een hol aanhoudend ‘goe-koeh’. Koekoeken leggen meestal één ei in het nest van een waardvogel. Vrouwtjes kunnen tot een twintigtal eieren in totaal leggen verdeeld over evenveel nesten.

 

De koekoek (Cuculus canorus) legt haar ei altijd in het nest van een andere vogel. Het liefst laat ze de kleine karekiet of heggenmus haar ei uitbroeden. Ook als het koekoeksjong al een fors formaat heeft, hebben de adoptieouders niks door en blijven ze het geduldig voeren.